Ze heeft net het verhaal vertelt hoe ze op die dag in het ziekenhuis – als klein meisje aan de hand van haar moeder – haar vader tegenkwam. Haar moeder negeert – in de strijd die ze met elkaar hebben – haar man. Het meisje weet niet precies wat ze moet doen en loopt met haar moeder mee. Ze zegt nu tegen de begeleider: “Het is het moment waar ik het gevoel had dat ik mijn vader kwijtraakte.”
Het is een sessie over steun en kracht vinden. Even later pakt de begeleider een steen en vertelt het verhaal dat bij het vinden van deze steen hoort en wat het voor hem betekent. Hij zegt dat in moeilijke tijden hij deze steen pakt. Het geeft hem rust en kracht. “Wat zou voor jou een symbool voor rust, kracht en steun kunnen zijn?”, vraagt hij haar.
Als zij na de sessie met de hond op de heide gaat wandelen en nadenkt over de sessie, ziet ze op de grond een soortgelijke steen liggen. Ze pakt hem op en als ze de kou van de steen in haar hand voelt, voelt ze de koude hand van haar moeder weer in het ziekenhuis. Ze realiseert zich dat ze op dat moment niet alleen haar vader kwijtraakte, maar ook haar moeder.
De kou van de steen verdiept de herinnering en geeft haar een nieuw inzicht. Ze heeft het vanaf die tijd zo in haar eentje moeten doen. Het opent voor haar de weg om in het hier en nu naar meer steun te zoeken.