BETEKENIS EN VERLANGEN VINDEN
Een onderzoek
“Don’t take the second step
or the third,
start with the first thing,
the step you don’t want to take.”
| Leer zelf
5 à 6 minuten
| Naar meer verdieping
Plan een afspraak
Het perspectief van jezelf is er slechts één. Een prachtig perspectief, maar wellicht ook eentje die je goed kent en soms beperkend kan zijn. Hoe kijken anderen tegen je aan? Wat breng je bij hen te weeg? Hoe ervaren ze je? Laat je verrassen!
1. Vraag 5 anderen naar jouw talenten, vaardigheden en capaciteiten zijn.
2. Wat ervaren zij als heel mooi – en uniek – in relatie met jou?
3. Hoe worden ze door jou geraakt?
4. Wat bewerkstellig jij in een groep, situatie of activiteit?
5. Wat gunnen mensen jou?
6. En wat zouden ze willen dat je onder de knie krijgt? Wat zou je mogen leren?
Antoine de Saint-Exupéry schreef in ‘De kleine prins‘: “Alleen met het hart kun je goed zien… het wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar”. Hoe zit dat bij jou? Kan je je verlangens goed voelen? Of ben je alleen maar bezig om de wensen van anderen te voldoen? Ben je je voortdurend aan het aanpassen? Durf je je verlangens te voelen en uit te spreken. Ga eens rustig zitten. Luister, voel en probeer deze vragen eens te beantwoorden. Het geeft weer hoe je met je verlangens omgaat en hoe je ze beleeft.
1. Wat is (zijn) je grootste verlangen(s)?
2. In hoeverre laat jij je verlangen(s) (makkelijk) toe?
3. En – hoe – jaag je ze na?
4. Hoe belangrijk zijn jouw verlangen(s)?
5. Spelen ze een grote rol in je leven?
6. Soms durven we niet eens aan een verlangen te denken zo eng vinden we het. Maar wat zou je er over zeggen als het nooit bekend zou worden?
7. Wat zou je een goede vriend(in) over je verlangen(s) vertellen?
We zijn als mens geprogrammeerd om pijn uit de weg te gaan. We willen niet afgewezen worden en hebben vaak angst om te falen. We kiezen vaak voor het veilige en vertrouwde. En om die reden passen we ons aan onze omgeving aan. Het hoort bij ‘ons mens zijn’. En we houden daarmee deels een ander beeld van onszelf overeind. Dat kost ons veel energie omdat we in werkelijkheid andere wensen hebben en die vaak met kracht verborgen houden. We durven onszelf dan niet zo goed te laten zien. En het andere beeld, perspectief of masker wat we dragen omhult het verlangen dat diep in onszelf verscholen zit. Heb je zo wel eens naar jezelf gekeken? Neem een situatie in je hoofd waar je verandering in wilt brengen.
1. Wat doen anderen en situaties met jou? Hoe pas jij je aan? Welke houding heb je?
2. En belangrijker wat ligt daaronder of daarachter verborgen?
3. Welk deel van jezelf laat je niet of nauwelijks zien?
4. Welke activiteiten kosten je energie? En waarom?
Je voelt de energie vrij in je lichaam stromen. De dingen gaan je gemakkelijk af. Je hebt plezier en het ‘stroomt’. Dat heeft te maken met wie je in je omgeving hebt, in welke situatie je zit en welke activiteit je aan het doen bent. Het beïnvloedt je gedachten, emotie en je lichamelijke sensaties. Je bent in je element en enthousiast.
1. Welke activiteiten geven je energie?
2. En in welke situatie en omgeving voel jij je comfortabel en maakt jou enthousiast?
3. Van welke mensen word je vrolijk en krijg je energie? Wat gebeurt er dan? En wat doen ze?
4. Welke gedachte maakt jou vrolijk?
Wij kunnen niet zonder betekenis in ons leven. Betekenis geeft richting aan ons leven. Viktor Frankl een overlever van Auschwitz, psychiater en schrijver van ‘De zin van het bestaan‘ betoogt dat zin vinden tot een waardevol leven leidt. En ieder mens krijgt een leven lang de gelegenheid zijn betekenis en zin te onderzoeken, te vinden en te realiseren. Die betekenis kan je vroeg in je leven al vinden, maar kan ook per levensfase verschillen. Vaak ligt een intense gebeurtenis of ervaring in je leven ten grondslag aan deze vervulling.
1. Hoe voldaan ben je elke dag?
2. Als tijd en geld geen rol zouden spelen, wat zou je dan nu gaan doen?
3. Door welke activiteiten, mensen en situaties word je geraakt? En waarom?
4. En welke bijdrage zou jij daar aan willen leveren?
Je kent het gevoel vast. Dat tijd, je gedachten en je ‘ik’ verdwijnen. Je gaat helemaal op in je activiteit. Het is de mentale toestand die de Amerikaanse psycholoog Mihaly Csikszentmihalyi als ‘flow’ bestempelt. Het is een prachtig en gelukzalig gevoel. De vraag is wanneer jij die ervaart. Welke activiteit, condities en mensen spelen daarin een rol?
1. Wat geeft jou flow? Wanneer verlies jij het begrip van tijd, van je omgeving en ben je helemaal in het moment? Wat doe je dan?
2. Heb jij die momenten vaak? En wanneer heb je die?
3. Welke condities en kenmerken hebben die momenten van flow?
4. Schrijf eens een aantal van die momenten op. Waaraan voldoet zo’n situatie? Kan je dat omschrijven?
Misschien ken je die staat van zijn wel. Je bent nog niet helemaal wakker en het is alsof je het gevoel hebt of je dromen kan sturen. Ze zijn levensecht en je kan ze vormen. Of misschien denk je af en toe: als dit en dit zou gebeuren, dat zou prachtig zijn. En vlug stop je die gedachte weer weg want dat gaat toch niet gebeuren. Of toch?
1. Welke dromen heb je?
2. Waar fantaseer je vaak over?
2. Wat zou je willen als je ‘groot’ bent?
3. Wat zijn de ingrediënten van die dromen?
4. Wie is jouw voorbeeld? En waarom? Wat heeft hij of zij?
Om je verlangens te realiseren zijn twee dingen belangrijk. Allereerst dient de wereld het te weten zodat ze erop kunnen reageren en vervolgens je kunnen helpen. Ze kunnen je met iemand in contact brengen, je diensten afnemen, je een baan aanbieden, etc. Het andere is door dingen te doen. Het hoeft niet veel te zijn, maar kleine stapjes in de richting die je op wil gaan. Je eerst schreden op het nieuwe pad. In het doen ontdek je, worden nieuwe dingen geboren, word je vaardiger en realiseer je. In het doen kom je op plekken waar je nog niet bent geweest en geen zicht hebt vanuit je bestaande situatie. In het experimenteren, het vallen en het opstaan ontdek je daarmee nieuwe dingen. De uitdaging is dus om op avontuur te gaan.
1. Waar zou je vandaag mee willen beginnen?
2. Waar zou je vandaag mee kunnen beginnen?
3. Hoe ga je om met experimenteren?
4. Wat is je houding tegenover struikelen, vallen en weer opstaan? Ben je bang om te falen?
5. Wat zou je daarvan leren? Hoe helpt falen je?
6. Hoe kun je een houding van ‘vallen en opstaan’ in je dagelijks leven integreren?
Als je perspectief verandert ga je openstaan voor andere dingen. Je neemt andere dingen waar. Je ziet kansen die je voorheen niet zag. En dingen komen ‘ineens’ op je pad. Kun jij die tekens zien en kun je ze lezen. Aandacht, rust en een open blik zijn belangrijk om tekens te zien…
1. Welke tekens en signalen krijg jij over een dieper verlangen?
2. Wat neem je waar in jezelf en wat neem je waar in je omgeving?
3. En welke tekens en signalen zijn dat precies?
4. Durf je op die tekens en signalen te vertrouwen?
5. Hoe ga je om met niet-weten en onzekerheid?
6. Kun je dat verduren?
7. In hoeverre kun en leef je in het moment?
In de Transactionele Analyse – therapie, persoonlijkheidstheorie, communicatiemodel en psychotherapeutische behandelmethode – noemen we dit het ‘vrije kind’. Het kind dat we allemaal in ons hebben en graag speelt. Het is dat jonge kind dat ongelofelijk veel plezier heeft, geen grenzen kent en zich verliest in het spelen. Bij volwassenen zit dit ‘vrije kind’ soms diep van binnen verstopt, gebonden aan overtuigingen en regels. Wat gebeurt er als je deze eens opzij schuift en dit kind zijn gang laat gaan…
1. Speel jij?
2. Hoe doe je dat?
3. En wat geeft het je?
4. Als er geen grenzen of condities zijn wat zou je dan doen?
5. En wat zou je dat geven?